Het aantal ernstige en soms fatale ongelukken op de werkvloer neemt sinds 2015 toe. Dat blijkt uit het rapport ‘Staat van ernstige arbeidsongevallen’, dat Inspectie SZW in juni 2017 uitbracht. Volgens de inspectie is meer aandacht voor de veiligheidscultuur binnen bouwbedrijven cruciaal om het aantal ongevallen omlaag te krijgen.
De bouwsector laat in de periode van medio 2015 tot eind 2016 een grote relatieve stijging van het aantal slachtoffers zien, zo blijkt uit het rapport. De kans op een arbeidsongeval in de bouw is opgelopen van 129 slachtoffers per 100.000 werknemers in 2014 naar 158 in 2016. In de bouw groeien de productie en omzet door meer opdrachten en daardoor is een tekort aan vakmensen ontstaan. Marga Zuurbier, directeur Toezicht bij de Inspectie SZW, geeft aan: “Waarschijnlijk leidt dit tot een hogere werkdruk, langere werktijden en de inzet van minder gekwalificeerd of minder ervaren personeel. Dat zorgt voor een groter risico op ongevallen.”
Aspecten van goede veiligheidscultuur
Uit het onderzoek door de inspectie blijkt dat veel van de ongevallen terug te voeren zijn op menselijk gedrag. Een goede veiligheidscultuur bevordert veilig gedrag. Een dergelijke cultuur kenmerkt zich volgens Zuurbier door drie aspecten: “Medewerkers worden ten eerste goed opgeleid en krijgen de juiste instructies. Ten tweede is er toezicht op de werkvloer en spreken collega’s en leidinggevenden elkaar onderling aan op wat ze zien. Ten derde is een organisatie met een goede veiligheidscultuur een ‘lerende organisatie’. Als er iets fout gaat, bespreekt men uitvoerig met elkaar hoe dat kon gebeuren en hoe deze fout in de toekomst voorkomen kan worden. Als die drie zaken goed geregeld zijn, werk je als bedrijf aan een goede cultuur.” Met name voor werkgevers ligt hier een belangrijke opgave. Zuurbier zegt hierover: “Als bedrijven hun veiligheidscultuur verbeteren, kunnen ze heel direct bijdragen aan een betere veiligheid, met minder ongevallen als gevolg.”
Stress en fouten maken
Pieter Visser is manager Advies bij Aboma, een bureau dat bouwbedrijven helpt bij het verbeteren van de veiligheid. Hij benadrukt dat een veiligheidscultuur van voldoende niveau essentieel is voor een goed en – dus – veilig functionerend bouwbedrijf. “Wanneer medewerkers zich niet gehoord voelen of niet genoeg instructies krijgen, raken ze ontevreden. Ze voelen zich niet gesteund, raken gestresst én gaan fouten maken.” Visser geeft aan dat het vaak in kleine dingen zit. “Wanneer een medewerker aangeeft ander gereedschap nodig te hebben, luister daar dan naar. Op dat moment is dat voor hem een groot probleem. Als je dat serieus neemt, werkt dat als een olievlek.” Daarbij is de voorbeeldfunctie van de directie essentieel. “Loopt de directeur met zijn nette gelakte schoenen in plaats van de voorgeschreven veiligheidsschoenen over het bouwterrein? Verwacht dan niet dat medewerkers zich wel aan de regels houden.” Zuurbier herkent dat: “Voorbeeldgedrag is zo belangrijk. Medewerkers gaan af op wat je als directie doet en niet op wat je zegt.”
Meer aandacht voor gedrag
Visser krijgt steeds vaker verzoeken van bouwbedrijven om hen te helpen de gewenste veiligheidscultuur te bereiken. De aandacht hiervoor is volgens hem een logische ontwikkeling. Visser: “Je ziet in de bouw drie fasen waar een bedrijf doorheen gaat wanneer het werkt aan veiligheid. Eerst moeten de technische maatregelen op orde zijn. Dat hebben de meeste bedrijven al goed voor elkaar. De volgende fase betreft de organisatorische maatregelen. Denk dan aan veiligheidsvoorschriften en procedures. Ook hierin zijn de meeste bedrijven al ver. Tot slot kijk je dan naar het menselijk gedrag. Hoe zorg je nu dat medewerkers doen wat we hebben afgesproken?” Zuurbier herkent dat: “Alle technische mogelijkheden zijn vaak wel aanwezig om veilig te werken. Waarom gebeurt het dan soms toch niet? Dan is het de cultuur die toestaat dat je je niet aan de afspraken houdt.”
“Voorbeeldgedrag is zó belangrijk. Medewerkers gaan af op wat je als directie doet en niet op wat je zegt.”
Flexibilisering arbeidsmarkt
De toegenomen flexibilisering van de arbeidsmarkt heeft volgens Zuurbier en Visser invloed op de veiligheidscultuur. Visser legt uit: “Twintig jaar geleden werkten alle medewerkers bij één bedrijf aan één project. Iedereen kende elkaar en het toezicht ter plaatse was goed geregeld. Nu hebben bouwbedrijven bijna geen bouwplaatsmedewerkers meer in dienst. Ze huren mensen in of besteden opdrachten uit. De ZZP’er komt langs en doet zijn kunstje, maar het is niet zíjn bedrijf of zíjn project. Daardoor is er minder saamhorigheid, betrokkenheid en contact onderling. Dat is echt een bedreiging voor debeoogde veiligheidscultuur.” Daarnaast is het aantal niet-Nederlandse bouwvakkers toegenomen. “Op een bouwplaats worden naast Nederlands ook andere talen gesproken. Daardoor ontstaan misverstanden in de communicatie”, meent Zuurbier.
Cultuur bevorderen
Hoe kan de Inspectie SZW die veiligheidscultuur bevorderen, terwijl dit niet als verplichting in de wet staat? Zuurbier: “Het begrip veiligheidscultuur staat inderdaad niet letterlijk in de wet. Maar aspecten daarvan zijn wel verplicht volgens de Arbowet, zoals het geven van goede instructies. Daarom zijn we dit jaar gestart met het project ‘Veiligheidscultuur’. Met het organiseren van workshops en bijeenkomsten geven we handen en voeten aan dit begrip. Ook willen we een positieve veiligheidscultuur faciliteren en stimuleren. Daarvoor ontwikkelen we dit najaar onder meer producten zoals handreikingen over veilig werken, waarmee bedrijven aan de slag kunnen gaan.”
“Als bedrijven hun veiligheidscultuur verbeteren, kunnen ze heel direct bijdragen aan een betere veiligheid.”
De inspectie instrueert haar instructeurs ook om op de bouwplaats goed te letten op de veiligheidscultuur. “Daarnaast kijken we bij meldingen en ongevallen gericht of aspecten als instructie, opleidingen en toezicht op de werkvloer een rol speelden bij het incident.” Nu al krijgen bedrijven een lagere boete voor een incident als blijkt dat deze wettelijke aspecten goed geregeld waren. “We kennen diverse matigingsgronden bij een boete”, vertelt Zuurbier. “De boete wordt lager als het bedrijf wel had gezorgd voor een grondige instructie voor de werkzaamheden waarbij zich een ongeval voordeed. Immers, als die verantwoordelijkheden goed zijn ingevuld, kan het incident simpelweg het gevolg zijn geweest van domme pech.”
Incident als trigger
Visser vindt het jammer dat de inspectie geen wetgeving kan inzetten om te handhaven op een goede veiligheidscultuur. “De Inspectie SZW kan wel elementen benoemen, maar niet zeggen: jullie veiligheidscultuur is niet in orde. Uiteindelijk moet de actie dus vanuit het bedrijf zelf komen. Meestal is daar eerst een incident voor nodig, dat is echt dé trigger voor bedrijven om met de cultuur aan de slag te gaan. Het zou zoveel beter zijn als het voor elk bouwbedrijf gewoon een intrinsieke motivatie is om zo veilig mogelijk te werken.”
Bron:www. toezine.nl