Bron:www.wur.nl
Het beheersen van de overlast van de eikenprocessierups is makkelijker geworden nu alle kennis bij elkaar is gebracht in een geheel nieuwe Leidraad Beheersing Eikenprocessierups. Het presenteert o.a. een nieuwe risico-inventarisatie, hoe je plaagdruk meet en welk beheer je kunt toepassen, zoals natuurlijke plaagonderdrukking. Er staan ook nieuwe inzichten in over wat de meest gevoelige eiken zijn.
De plaagdruk van de eikenprocessierups blijft naar verwachting dalen, net als in de afgelopen twee jaar. Het aantal geregistreerde nesten was in 2021 weer lager dan het jaar ervoor en ook zijn er het afgelopen najaar relatief weinig vlinders uitgevlogen . De afname was in de zuidelijke helft van het land het grootst. Om tijdig (beheer)maatregelen te kunnen treffen als de plaagdruk weer oploopt, zoals in 2018 en 2019, blijft continue beheersing van de eikenprocessierups nodig. De nieuwe Leidraad Beheersing Eikenprocessierups biedt een schat aan informatie aan iedereen die professioneel met de eikenprocessierups te maken heeft of daarin geïnteresseerd is.
Bepalen van risicozones en beheeropties
Een vraag die in de praktijk nogal eens gesteld wordt is: ‘Hoe houd je de populatie van het aantal rupsen klein met zo min mogelijk kosten en met zo min mogelijk schade voor de natuur?’ De Leidraad beschrijft hoe je op basis van informatie over de aanwezigheid van mensen en dieren en de te verwachten plaagdruk risicozones kunt bepalen. Een heldere beslisboom schetst de beheeropties die een boomeigenaar heeft in elke risicocategorie.
Beslisboom uit de ‘Leidraad Beheersing Eikenprocessierups’ die helpt te bepalen welke maatregelen genomen kunnen worden bij verschillende combinaties van aanwezigheid van mensen en dieren en de verwachte plaagdruk. (Com. is communicatie en Nat. plaagonderdrukking is natuurlijke plaagonderdrukking.)
Natuurlijke plaagonderdrukking
Monitoren en registreren is bij het beheersen van de eikenprocessierups van groot belang. In de leidraad wordt uitgelegd hoe je relatief eenvoudig de plaagdruk kunt bepalen op basis van het aantal nesten van verschillende omvang. Door goed zicht te houden op het verloop van de hele levenscyclus van ei tot vlinder voorkom je verrassingen, onnodige kosten door verkeerde beheermaatregelen en een verkeerde timing van communicatie. Ook het monitoren en vastleggen van resultaten van de beheermaatregelen geeft belangrijke inzichten in de effectiviteit van in te zetten maatregelen.
De meest duurzame manier om overlast van de eikenprocessierups te voorkomen is het minder aantrekkelijk maken van de leefomgeving voor de eikenprocessierups en het daarnaast aantrekkelijker maken van de omgeving van eiken voor natuurlijke vijanden. De leidraad beschrijft hoe je (een combinatie van) drie maatregelen effectief in kunt zetten: meer variatie in boomsoorten; meer natuurlijke vegetatie; en het stimuleren van predatie en parasitering door natuurlijke vijanden.
Meest gevoelige eiken
Op basis van een analyse van de plaagdruk bij 65 duizend eiken weten we nu welke eiken gevoelig zijn voor de eikenprocessierups. In zomereiken blijken in Nederland 2 tot 5 keer zo veel eikenprocessierupsen voor te komen als in andere eikensoorten zoals de Amerikaanse eik of moseik. De boomhoogte blijkt ook invloed te hebben op de kans op kolonisatie met processierupsen. Een boomhoogte tussen 6 en 18 meter is het meest gevoelig voor de eikenprocessierups, bomen van 18 tot 24 meter hebben een matige gevoeligheid en bomen kleiner dan 6 of groter dan 24 meter zijn weinig gevoelig.
Alle levensstadia in beeld en interactieve vormgeving
De leidraad bevat een groot aantal mooie foto’s, waaronder niet alleen die van alle levensstadia van de eikenprocessierups, maar ook van soorten waarmee de eikenprocessierups verward kan worden. Ondanks dat het document uit 150 pagina’s bestaat, is de relevante informatie snel te vinden door de interactieve vormgeving.
De leidraad is daarnaast uitgebreid met twaalf bijlagen met allerlei hulpmiddelen voor gemeenten die ze snel geschikt kunnen maken voor eigen gebruik. Voorbeelden zijn een sjabloon voor het opstellen van een lokaal beheerplan, voorbeelden van persberichten maar ook een lijst met bloeiende bermplanten voor verschillende bodemtypen die je kunt inzetten voor het stimuleren van natuurlijke bestrijding.
De nieuwe leidraad werd geschreven door de experts die betrokken zijn bij het Kenniscentrum Eikenprocessierups onder leiding van Joop Spijker van Wageningen Environmental Research. Aan de uitgave werkten een groot aantal deskundigen mee van het RIVM, Wageningen University & Research, NIVEL, de Vereniging van Bos- en Natuureigenaren en De Vlinderstichting. Ook Prorail, de Vereniging Stadwerk Nederland en een groot aantal gemeenten en andere lokale overheden verleenden hun medewerking. Het project kwam tot stand met financiering van de Topsector Tuinbouw en Uitgangsmaterialen.