Bron:www.PWnet.nl
Werknemers die laaggeletterd of laaggecijferd zijn, ervaren meer stress op het werk, zijn vaker ziek, minder productief en hebben waarschijnlijk een grotere kans op arbeidsongevallen. Werkgevers hebben er daarom een groot belang bij om een oplossing voor dit probleem te vinden.
Dat stelt de Stichting Lezen & Schrijven naar aanleiding van onderzoek naar de spreiding van laaggeletterdheid. De stichting heeft een top 5 van beroepsgroepen samengesteld, waarin 34 tot 44 procent van de werknemers moeite heeft met lezen en schrijven of rekenen. Het gaat om schoonmakers, hulpkrachten in de bouw en industrie, productiemachinebedieners, hulpkrachten in de landbouw en keukenhulpen.
Leertrajecten op de werkvloer
Lezen & Schrijven vindt dat de betreffende branches prioriteit moeten geven aan het opzetten van leertrajecten op de werkvloer. In een reactie geeft OSB, de branchevereniging voor de schoonmaaksector, open te staan voor samenwerking in de aanpak van het probleem van laaggeletterdheid. De branchevereniging zegt daarbij al veel te doen op dit gebied.
“Op twee manieren wordt gewerkt om schoonmakers te helpen. In de eerste plaats volgen alle nieuwe schoonmaakmedewerkers een korte opleiding hoe om te gaan met de verschillende schoonmaakmiddelen. Mondelinge uitleg en demonstraties vormen een belangrijk onderdeel hiervan. Daarnaast zijn er allerlei taalcursussen voor het leren spreken en schrijven van Nederlands. Dat is niet alleen in het voordeel van bedrijven, maar ook van belang voor de medewerkers zelf, onder meer in contacten met de overheid. De schoonmaaksector trekt hier jaarlijks een half miljoen euro voor uit en kan in dat opzicht worden gezien als een integratiemotor.”
Signalen
Voor werkgevers is het niet altijd makkelijk om laaggeletterdheid te herkennen. Uit schaamte zijn werknemers vaak uiterst vindingrijk in het verbergen van hun problemen. De belangrijkste signalen zijn:
• het wegstoppen van brochures;
• te vroeg of te laat komen op afspraken;
• laagopgeleid zijn of geen startkwalificatie hebben;
• geen belangstelling tonen voor opleidingen
binnen het bedrijf;
• moeite hebben met het berekenen van verhoudingen. Bijvoorbeeld bij
het berekenen van hoeveelheden behang, zand of loog;
• meerdere keren zakken voor een (verplichte) cursus;
• moeite hebben met het begrijpen van instructies, mededelingen en roosters;
• moeite hebben met het beantwoorden van mails of datumprikkers;
• moeite hebben met aanvragen van
vakantiedagen in een systeem;
• op de achtergrond blijven in vergaderingen;
• om mondelinge toelichting vragen voor dingen die al schriftelijk (in een
flyer of e-mail) zijn uitgelegd;
• moeite hebben met het aflezen van grafieken;
• niet met kaarten of navigatie overweg kunnen.
Tips voor werkgevers
Werkgeversorganisatie VNO-NCW heeft op haar site een vijftal tips staan voor werkgevers die laaggeletterdheid willen aanpakken:
- Erken het probleem – 1,8 miljoen mensen tussen de 18 en 65 jaar in Nederland hebben moeite met lezen, schrijven en/of rekenen. Ruim de helft is Nederland geboren en getogen.
- Herken de ‘smoesjes’ – Bril vergeten, een zere hand die geen pen kan vasthouden… Werknemers slecht lezen of schrijven zijn er vaak buitengewoon bedreven in om hun problemen te verbergen.
- Maak het bespreekbaar – Iemand rechtstreeks aanspreken op laaggeletterdheid werkt niet. Het aanbieden van cursussen en taalmaatjes wel.
- Zorg voor een positieve leercultuur – Investeer in loopbaanontwikkeling. Wil de werknemer doorgroeien? Wat zijn zijn of haar ambities? Wat is daar voor nodig?
- Blijf alert – Er is een groeiende kloof in Nederland tussen mensen die meekomen en mensen die een achterstand hebben. Werkgevers, gemeenten, maatschappelijke organisaties en onderwijs moeten samenwerken om de complexe problemen aan te pakken.