Op de arbeidsmarkt is een trend waarneembaar waarbij personen op papier als zelfstandige door een arbeidsorganisatie worden ingehuurd, terwijl hun verhouding meer het karakter heeft van een arbeidsrelatie.
De zogeheten schijnzelfstandigen. Recent is er over deze doelgroep een paper gepubliceerd, geschreven door collega Adriaan Oostveen in samenwerking met enkele onderzoekers van de Europese Stichting tot verbetering van de levens- en arbeidsomstandigheden in Dublin (EUROFOUND). In dit paper wordt op basis van de Europese enquête naar de arbeidsomstandigheden een groep mensen geïdentificeerd die formeel zelfstandig is, maar in de praktijk bijvoorbeeld maar voor één opdrachtgever werkt of niet autonoom functioneert. Door deze groep schijnzelfstandigen op inhoudelijke kenmerken te vergelijken met échte zelfstandigen en met werknemers wordt duidelijk hoe de arbeidsomstandigheden van schijnzelfstandigen eruit zien. Hieruit blijkt dat schijnzelfstandigen relatief gezien flexibele maar onregelmatige werktijden en een lage werkdruk hebben. Echter, hun inkomen is fors lager dan dat van werknemers en échte zelfstandigen, zowel op individueel niveau als in het huishouden.
.