Overgenomen van:Arbowetweter
Na een melding van een arbeidsongeval, komt de Nederlandse Arbeidsinspectie, hierna genoemd Arbeidsinspectie, in actie en volgt er indien van toepassing een ongevalsboeterapport. Wat is de invloed van het SZW-oordeel op de aansprakelijkheid van de werkgever indien de werknemer naar de civiele rechter stapt?
Een arbeidsongeval leidt tot verslagenheid, droefenis, of erger: rouw. Dit geldt voor de werkgever, die zich hardop zal afvragen hoe dit heeft kunnen gebeuren, maar vanzelfsprekend ook voor werknemers. Die zien een collega lijden, realiseren zich dat zij net zo goed het slachtoffer hadden kunnen zijn en maken zich zorgen over hun eigen gezondheid. Hoewel het proces van verwerking net is begonnen, kan de werkgever niet achterover leunen. Ook een hernieuwde confrontatie met het ongeval door de overige werknemers ligt op de loer. Dit alles is het gevolg van de meldingsplicht die op de werkgever rust. Want: zodra een (ernstig) arbeidsongeval heeft plaatsgevonden, moet de werkgever hiervan melding maken bij de Arbeidsinspectie. In een later stadium kan een aansprakelijkstelling op de deurmat van de werkgever kan vallen.
Melding maken ongeval
‘’De werkgever meldt arbeidsongevallen die leiden tot de dood, een blijvend letsel of een ziekenhuisopname direct aan de daartoe aangewezen toezichthouder(..)’’. Deze tekst, opgenomen in de Arbeidsomstandighedenwet, legt bij de werkgever de verplichting om melding te maken van een arbeidsongeval. Dit moet worden gedaan bij de Arbeidsinspectie), welk orgaan toeziet op de naleving van arbo-wetgeving.
Na een ongeval zal direct contact met de Arbeidsinspectie moeten worden opgenomen. De werkgever zal (de resultaten van) het ziekenhuisbezoek niet mogen afwachten. Hier is dus oplettendheid vereist. Schendt de werkgever de meldingsplicht, dan staat daar een forse boete op. Het levert immers automatisch een schending van de Arbeidsomstandighedenwet op. Hier staat tegenover dat de meldingsplicht ‘slechts’ ziet op een aantal, specifieke ongevallen, te weten: met de dood, blijvend letsel of een ziekenhuisopname tot gevolg. De melding is vrij makkelijk gemaakt. Dit kan zowel telefonisch als digitaal. Meer informatie hierover is te vinden op de website van de Arbeidsinspectie (Nederlandse Arbeidsinspectie (nlarbeidsinspectie.nl)).
De Arbeidsinspectie en ongevalsrapport
Op basis van de melding kijkt de Arbeidsinspectie of het ongeval onderzoekswaardig is. Komt zij tot die conclusie, dan volgt een onderzoek op de ongevalslocatie (dus: de werkvloer). Overige onderzoeksmethoden zijn het opnemen van verklaringen van getuigen en documentonderzoek. Na dit stramien worden de bevindingen van de Arbeidsinspectie voorgelegd aan de werkgever. Dit gehele proces mondt uiteindelijk uit in een ongevalsrapport.
De Arbeidsinspectie behandelt in het onderzoeksrapport een aantal zaken. Dit hangt samen met het tweeledige doel van het onderzoek. Niet alleen dient het onderzoek ertoe de toedracht en exacte oorzaak van het ongeval in kaart te brengen, óók moet boven water komen of de werkgever arbo-wetgeving heeft overtreden. Blijkt het ongeval te zijn ontstaan door het niet in acht nemen van arbo-wetgeving (causaliteit!), dan wordt een ongevalsboeterapport opgesteld. Een boete wordt opgelegd aan de werkgever. Dit levert géén genoegdoening op voor de werknemer. Het is uitdrukkelijk geen schadevergoeding; de boete verdwijnt in de kas van de Arbeidsinspectie. Laat de werknemer het hier niet bij laten zitten, dan dient het pad van de civiele rechtsgang te worden bewandeld.
De invloed van het oordeel van de Arbeidsinspectie op het rechterlijk oordeel
Dit pad van de civiele rechtsgang wordt gekenmerkt door een emotionele lading, kosten en onzekerheid. Tot de (advocaat van de) werknemer zich het volgende bedenkt: ‘Begrijp ik het goed, dan is aan de werkgever een boete opgelegd. Begrijp ik het nog beter, dan wordt een boete opgelegd bij schending van arbo-wetgeving’. En dat lijkt zoden aan de dijk te kúnnen zetten. Want als de werknemer met dit rapport komt aanzetten bij de rechter, staat dan niet als een paal boven water dat de werkgever aansprakelijk is? En geldt dit andersom niet ook zo, indien géén overtreding wordt geconstateerd? Gaat de werkgever dan áltijd vrijuit? Uit een aantal uitspraken blijkt het volgende:
Een werknemer was gestruikeld over een draadeinde en maakte een flink val. Hij stelde de werkgever aansprakelijk en de zaak kwam voor de rechter. De werkgever dacht sterk te staan: de Arbeidsinspectie had geconcludeerd dat van een overtreding van de Arbeidsomstandighedenwet geen sprake was. De verwijzing naar het ongevalsrapport mocht de werkgever evenwel niet baten. De rechter overwoog als volgt: ‘’Anders dan [werkgever] meent, is de bevinding van de Arbeidsinspectie dat de Arbeidsomstandighedenwetgeving niet is overtreden niet voldoende om aan te nemen dat geen sprake is geweest van een gevaarlijke situatie.’’ Kortom: het oordeel van de Arbeidsinspectie is een factor, maar niet beslissend.
In 2017 heeft een andere rechtbank verwoord waarom dit zo is. Het gaat om een ontegensprekelijk verschil in toetsingskaders. Steeds staat de vraag centraal of de werkgever zijn zorgplicht heeft geschonden. Waar de Arbeidsinspectie toetst of de werkgever zijn zorgplicht om het gevaar te voorkomen heeft geschonden, gaat de rechter er al op voorhand van uit dat de werkgever aansprakelijk is. Dit komt door het bewijsrecht dat geldt: bij schade geleden in de uitoefening van de werkzaamheden wordt verondersteld dat de werkgever zijn zorgplicht heeft geschonden. Het is vervolgens aan de werkgever om dit vermoeden te ontzenuwen. Recentelijk nog werd dit geëxpliciteerd: ‘’Overigens is een onderzoek door de Arbeidsinspectie, waarnaar [werkgever] verwijst, er niet op gericht om een civielrechtelijk oordeel te geven over de aansprakelijkheid van de werkgever op de voet van artikel 7:658 BW.’’
Conclusie
Rechters zijn eensgezind: een oordeel van de Arbeidsinspectie dat de werkgever zijn zaakjes niet op orde had, betekent niet zonder meer dat hij ook aansprakelijk is voor het ongeval dat daaruit is ontstaan. Dit betekent vanzelfsprekend niet dat het ongevalsrapport geen enkele waarde toekomt. Het is werknemers en werkgevers aan te bevelen dat altijd in het geding te betrekken. Want zolang het feitenrelaas niet door een der partijen wordt betwist, staat het vast en kan de rechter daaraan conclusies verbinden. Zie voor een voorbeeld Rb. Zeeland-West Brabant 16 juni 2014, ECLI:NL:RBZWB:2014:4199. Iedereen streeft een veilige werkomgeving na. Zonder (ongevals)onderzoeken is dat onmogelijk. De waarde van de Arbeidsinspectie mag en kán niet worden onderschat.