Bron:Installatietotaal.nl
Werken in de hitte is voor iedereen oncomfortabel. Maar voor sommigen kan het zelfs voor grote gezondheidsproblemen zorgen. De zon hoeft nog niet eens fel te schijnen; een warme omgeving is genoeg om ‘warmtestuwing’ te krijgen. En dat kan dan weer zorgen voor hitteberoerte (met beschadiging aan het zenuwstelsel tot gevolg), -krampen, -uitslag en -uitputting. Dat laatste zorgt voor een verminderde concentratie en dat vergroot weer de kans op ongevallen. De grote vraag die bij veiligheidsspecialist Wiltec en de veiligheidskundige van Volkerrail oprijst: waarom zijn er voor alle gevaren op de werkvloer regels vastgelegd, maar niet voor deze?
De warme zomermaanden brengen voor veel beroepen gevaren met zich. En daarbij versterken andere actuele zaken deze risico’s nog eens extra. Denk aan vergrijzing (meer oudere medewerkers), het veranderende klimaat (steeds warmere zomers) en de levensstijl (steeds meer mensen met een ongezond gewicht). Wiltec is specialist op het gebied van veilig werken en heeft samen met VolkerRail dit gevaar eens goed onder de loep genomen.
Tim Habing, veiligheidskundige bij VolkerRail: “Onze mensen werken buiten langs het spoor en hebben veel last van de hitte in de zomer. In 2018 en 2019 steeg het aantal incidenten binnen VolkerRail en de branche; er waren medewerkers die op hun werkplek bijna omvielen en hittestress verschijnselen kregen. Dat was voor ons het moment om dit probleem aan te pakken en de handen ineen te slaan met Wiltec. Samen hebben we onderzoek gedaan naar de verschillende factoren die bijdragen aan hittestress.
Het Onderzoek
Samengevat: voorheen gingen we af op de metingen van het KNMI- en de beschikbare tools. Echter; we zijn erachter gekomen dat die niet voldoende betrouwbaar zijn, omdat de omgevingsspecifieke eigenschappen op de werkplek hierin niet worden meegenomen. Zoals wel of geen wind (werkzaamheden tussen perron- of geluidswanden), de ondergrond (heet metaal, beton of ballast dat warmte uitstraalt), maar ook de aard van de werkzaamheden zelf (bijvoorbeeld bij hoge krachtinspanning of activiteiten waar warmte wordt geproduceerd zoals las- en slijpwerkzaamheden) hebben invloed op de warmte.
Tijdens onze onderzoeken hebben we in diverse reële situaties op de persoon zelf gemeten en geconstateerd dat als iemand is opgewarmd, afkoelen heel langzaam gaat. We hebben in de metingen ook proeven gedaan met een koelvest en kwamen tot de ontdekking dat deze voor verkoeling kan zorgen tijdens de werkzaamheden.
Soms kan het koelvest niet tijdens de werkzaamheden zelf worden gedragen, bijvoorbeeld bij elektrowerk of brandgevaarlijke werkzaamheden, echter blijkt uit tests dat wanneer het koelvest in de pauzes wordt gedragen de lichaamstemperatuur zich binnen een aantal minuten hersteld en er een soort reset plaatsvindt, waarna de medewerker zich weer een stuk prettiger voelt.
De toepassing van het koelvest maakt nu onderdeel uit van het Hitteprotocol dat we binnen VolkerRail hebben geïntroduceerd. Hierin staan ook maatregelen als ‘voldoende drinkwater op de werkplek’, ‘schaduwplekken’, ‘planning werkzaamheden aanpassen’.
In 2020 zijn de onderzoeksresultaten aangeboden aan de werkkamer Arbo van stichting RailAert en heeft RailAlert een vervolgonderzoek gestart naar de oorzaken en gevolgen van Hittestress. Naar alle verwachting zullen de resultaten dit jaar als input dienen voor de Arbocatalogus, zodat de maatregelen branchebreed kunnen worden geïmplementeerd. De ambitie van VolkerRail is naar niveau 5 op de veiligheidsladder; we hopen dat dit soort initiatieven hieraan een positieve bijdrage leveren. Daar gaan we voor!”
Risicogroepen
Hieronder een overzicht van medewerkers die extra risico lopen. Onze oproep aan werkend Nederland: let op elkaar en stimuleer elkaar om genoeg te drinken en wanneer nodig even een pauze in de schaduw te nemen.
Medewerkers met een slechte conditie Medewerkers met een extreem laag gewicht (minder dan 50 kg) Medewerkers met een hoog vetgehalte Medewerkers met hart- en vaatziekten Medewerkers die geneesmiddelen gebruiken Zwangere medewerkers lopen een hogere kans op uitdrogingsverschijnselen en flauwte.