Wat is griep?

Bron:influenzastichting.nl

Griep wordt veroorzaakt door het griepvirus (influenzavirus). Het is een besmettelijke ziekte van de luchtwegen. In het dagelijks spraakgebruik worden allerlei ziekten waarbij verkoudheid, hoesten en koorts optreden ‘griep’ genoemd. Deze informatie gaat uitsluitend over de echte griep (veroorzaakt door het influenzavirus).

Hoe ontstaat de griep?

Griep komt in Nederland elk jaar voor, meestal in de wintermaanden. Dit noemen we de seizoensgriep. Omdat er verschillende soorten griepvirussen zijn die steeds veranderen, kan iemand telkens opnieuw griep krijgen. Er zijn twee typen influenzavirussen die de meeste griep bij mensen veroorzaken: influenzavirus A en B. De type-A-virussen zijn weer verder onder te verdelen in subtypen, zoals H1N1 en H3N2. De influenza-B-virussen worden onderverdeeld in lijnen, namelijk de Yamagata-lijn en de Victoria-lijn.

Het influenzavirus is zeer besmettelijk en is aanwezig in speeksel, snot en slijm. Het kan daarom makkelijk van mens tot mens worden overgedragen of via voorwerpen die zijn aangeraakt door iemand die het virus bij zich draagt. De incubatietijd van griep is één tot twee dagen. In die tijd kunnen zijn mensen met het virus al wel besmettelijk. Ook nadat de symptomen van de griep verdwenen zijn kunnen zij nog het virus overdragen nog. Die periode kan zo’n vijf dagen duren, bij kinderen zelfs langer.

Wat is het verschil tussen griep en verkoudheid?

Een griep verschilt op verschillende vlakken van een verkoudheid. Griep wordt veroorzaakt door het influenzavirus, verkoudheid door tal van virussen, maar meestal is het rhinovirus de veroorzaker. De symptomen van verkoudheid zijn in vergelijking met de griep mild en leiden zelden tot ernstige complicaties. Bij griep is dit vaker het geval, zeker bij mensen die binnen een risicogroep vallen, zoals ouderen en mensen met een verminderde weerstand. Ook de symptomen zijn niet hetzelfde. Zo treedt bij een reguliere verkoudheid geen hoge koorts op.

Wat zijn griepsymptomen?

Echte griep is te herkennen aan deze symptomen:

  • Hoge koorts, binnen 12 uur oplopend tot 39 graden
  • Koude rillingen
  • Hoofdpijn
  • Heftige spierpijn en vermoeidheid
  • Keelpijn en droge hoest

Mensen met griep voelen zich vaak nog het plezierigste in bed, maar de griep gaat daar niet eerder van over. Het kan meerdere dagen en in sommige gevallen weken kan duren voordat de klachten voorbij zijn. Wie gezond is kan het verloop van de griep afwachten en eventueel na een paar dagen contact opnemen met de huisarts, als de griepsymptomen niet afnemen of zelfs verergeren. Mensen die in een risicogroep zitten kunnen het beste direct hun huisarts inlichten. De volgende groepen lopen een extra groot risico.

  • 60 jaar of ouder
  • met een hart- of vaatziekte
  • met een longziekte
  • met diabetes
  • met een nierziekte
  • met weinig weerstand (door ziekte of medicijnen, zoals chemotherapie)

In de volgende gevallen is het ook verstandig om contact op te nemen met de huisarts: bij benauwdheid, veel slijmproductie bij het hoesten, sufheid of te weinig drinken of plassen.

Wat te doen tegen griep?

Bij de meeste mensen gaat griep vanzelf weer over, zonder blijvende klachten of gevolgen. Het is vervelend, maar verder relatief onschuldig. Er bestaan ook geen medicijnen die mensen specifiek van de griep genezen. In de meeste gevallen is het advies om rust te nemen en genoeg water te drinken. Tegen de pijn en de koorts helpt paracetamol wel wat (voor volwassenen maximaal 4 maal daags 2 tabletten van 500 mg).

Er bestaat wel een preventieve maatregel: de griepprik.

Wat is de griepprik?

De griep kan tot complicaties leiden, zoals een longontsteking, wat bij bepaalde risicogroepen tot ernstige gezondheidsproblemen kan leiden. Met name voor deze risicogroep is de griepprik bedoeld. Dit is een inenting die beschermt tegen een aantal veelvoorkomende varianten van het influenzavirus. De griepprik verkleint de kans dat iemand de griep krijgt, maar kan dit niet altijd voorkomen. Het kan dus zijn dat mensen die de griepprik hebben gekregen toch ziek worden van het virus. In die gevallen verloopt de ziekte wel minder heftig.

Wie kan de griepprik halen?

De griepprik wordt ieder jaar gratis aangeboden aan mensen die binnen een van de risicogroepen vallen. Daarbij gaat het om mensen met:

  • een leeftijd van 60 jaar of ouder
  • longziekten en aandoeningen aan de luchtwegen, zoals astma, chronische bronchitis of longemfyseem
  • hartziekten, zoals mensen die een hartaanval gehad hebben, mensen die hartklachten hebben zoals hartritmestoornissen, of mensen die een hartoperatie hebben ondergaan
  • diabetes (suikerziekte); niet alleen mensen die insuline spuiten, maar ook de mensen die tabletten met bloedsuikerverlagende middelen slikken of een diabetesdieet volgen
  • een nieraandoening; vooral als de nieren door een ziekte niet goed werken (dus niet bij nierstenen)
  • weinig weerstand door andere ziekten of door een medische behandeling, bijvoorbeeld mensen die recent een beenmergtransplantatie hebben ondergaan, mensen die met hiv zijn geïnfecteerd, mensen waarbij de milt is verwijderd (asplenie), mensen met een auto-immuunziekte, mensen met leukemie (bloedkanker) en mensen die chemotherapie of bestraling ondergaan
  • een leeftijd vanaf 6 maanden tot 18 jaar die langdurig salicylaten gebruiken (bijvoorbeeld bij chronische darmaandoeningen)
  • een verstandelijke handicap die begeleid wonen
  • een woning in een verpleeghuis die niet vallen onder bovengenoemde categorieën.

Ook mensen die niet binnen een van deze groepen vallen kunnen de griepprik halen, maar moeten deze dan wel zelf betalen, inclusief de kosten van het laten zetten van de prik. Voor de prik is een recept van de huisarts nodig.

Wat doet de griepprik?

De griepprik bevat een afgezwakte en dode vorm van het griepvirus. Door dit toe te dienen maakt het lichaam afweerstoffen aan en wordt de kans op griep kleiner. Omdat het virus in de prik niet meer leeft, is het niet mogelijk om ziek te worden door de griepprik. Wel kunnen er enkele bijwerkingen optreden, zoals lusteloosheid, hoofdpijn of een lichte verhoging, omdat het lichaam de inenting verwart met een echte infectie. Daaruit blijkt dat de griepprik effect heeft, omdat er afweerstoffen worden gevormd.

Is er een griepepidemie?

Ieder jaar krijgen veel mensen in Nederland griep, maar niet iedereen wordt er door getroffen. Het gaat om slechts 5 tot 10 procent van de mensen. Als er veel griepgevallen tegelijkertijd voorkomen, dan wordt al snel gesproken van een griepepidemie.

Van een epidemie is echter pas sprake als het aantal mensen dat bij hun huisarts aanklopt met griepachtige klachten twee achtereenvolgende weken hoger ligt dan 58 per 100.000 inwoners. Op de website van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu wordt bijgehouden hoeveel griep er voorkomt in Nederland.

4 gedachten over “Wat is griep?”

  1. FNV: werknemer mag niet zomaar thuisblijven vanwege coronavirus

    Bron:Transport-Online
    UTRECHT – Werknemers mogen niet zomaar thuisblijven uit angst voor het nieuwe coronavirus. Dat zegt vakbond FNV. Mocht het virus straks ook in Nederland opduiken, dan is het aan iemands werkgever om de risico’s op het werk te beoordelen en maatregelen te nemen. De situatie voor werknemers zal dus van geval tot geval verschillen.

    In een overzicht van FNV over de rechten en plichten van werknemers bij een eventuele virusuitbraak, komen meer vragen aan bod. Mogen werknemers bijvoorbeeld vanuit huis werken en moet de werkgever persoonlijke beschermingsmiddelen verstrekken? Op deze vragen is volgens FNV geen algemeen antwoord mogelijk. Per situatie zal moeten worden bekeken wat de beste aanpak is.

    Werkgevers kunnen zich hierbij laten adviseren door een arbodienst. Het is vervolgens aan bedrijven zelf om medewerkers te informeren over wat het coronavirus voor hen betekent. De maatregelen die erop gericht zijn om de kans op besmetting zo klein mogelijk te maken, moeten ook worden besproken, zodat de werknemers weten wat ze moeten doen. Mensen die twijfelen of het nog wel veilig is om hun werk te doen, wordt aangeraden in overleg te gaan met hun werkgever.

    Voorbeelden
    FNV geeft alvast wat voorbeelden van werksituaties waar contact met besmette personen zou kunnen spelen. Het gaat bijvoorbeeld om NS-medewerkers in internationale treinen, beveiligers bij de douane op Schiphol, internationale vrachtwagenchauffeurs en werknemers van hotels, restaurants, congrescentra en musea. “Hier komen veel mensen samen, die mogelijk ook uit besmette gebieden komen”, aldus FNV.

    Voor zover bekend is er in Nederland nog niemand besmet met het nieuwe coronavirus.

  2. Arbomaatregelen op de werkvloer bij uitbraak coronavirus

    Bron:rendement.nl

    Op dit moment is er nog geen aanwijzing dat het Chinese coronavirus in Nederland is opgedoken. Maar dat kan natuurlijk ieder moment gebeuren. Het RIVM benadrukt dat dit geen reden is voor paniek en geeft antwoord op een aantal vragen.

    Hoewel het nieuwe coronavirus nog niet in Nederland gesignaleerd is, vragen arboprofessionals zich waarschijnlijk al af wat ze kunnen doen als het zover mocht komen. Een voor de hand liggende reactie is natuurlijk het dragen van mondkapjes. Toch raadt het Rijksinstituut voor Milieuhygiëne (RIVM) dit af voor iedereen die niet in de zorg of op een laboratorium werkt. Het gebruik ervan luistert namelijk erg nauw. Zo moeten het de juiste kapjes zijn, die zowel mond als neus goed afsluiten. Bovendien moeten de kapjes meerdere malen per dag vervangen worden. Instellingen die met de mondkapjes, of ‘maskers’ zoals het RIVM ze noemt, gaan werken moeten dus een zeer ruime voorraad inslaan. Ook moeten ze de medewerkers goed instrueren over het juiste gebruik.

    Regelmatig handen wassen
    Bij een eventuele uitbraak in Nederland is het goed alle medewerkers nog eens te wijzen op de normale hygiënemaatregelen op de werkvloer die ook geadviseerd worden om griep te voorkomen. Regelmatig handen wassen dus. Eventueel kan er desinfecterende handgel uitgedeeld worden. Omdat zaken als muizen, toetsenborden, deurkrukken en drukknoppen bekende verzamelplaatsen voor bacteriën en virussen zijn, is het goed de schoonmakers te vragen hier extra aandacht aan te besteden. Denk ook aan de flexplekken. Wijs daarnaast op het nut van goed ventileren; regel desnoods dat de airco een extra onderhoudsbeurt krijgt.

  3. Coronavirus – wat nu?

    Bron:medicamarkt.nl

    Zodra een virus uitbreekt zoals Ebola of Coronavirus grijpt de wereld in paniek naar mondkapjes en handdesinfectanten. Echter kennis schiet tekort bij de gebruiker. Middels deze uitleg geven wij meer duidelijkheid zodat u weet wat u koopt.

    Coronavirus: wat te doen?

    Bescherming van uzelf tegen coronavirus, of anderen beschermen tegen besmetting door uzelf indien u vermoed besmet te zijn, kan op verschillende manieren. We noemen de belangrijkste manieren:
    • Mondkapjes / mondmaskers
    • Handontsmetting middels ontsmettende handalcohol, handgels en wipes (doekjes). Een assortiment vindt u HIER.
    • Voorkom aanraking van uw handen met neus en mond. Hierbij heeft ieder type mondmasker ook al een functie.
    • Was regelmatig uw handen, bij voorkeur met antibacteriële zeep.
    • Vermijd grote groepen mensen, openbaar vervoer, dus daar waar veel mensen dicht bij elkaar verzameld zijn.

    Mondkapjes / mondmaskers tegen Corona virus:

    Deze groep mondmaskers bestaat uit twee groepen: chirurgisch maskers en ademhalingsbeschermingsmaskers:
    Het chirurgisch mondmasker beschermt de patiënt tegen ziekteverwekkers uit de neus of mond van bijv. medisch personeel. Daarnaast beschermt het de gebruiker voor het aanraken met de handen of de handschoenen aan eigen mond of neus.

    Chirurgische mondneusmaskers moeten voldoen aan de Medische Hulpmiddelen richtlijn en aan de NEN-EN 14683 norm. Er zijn drie typen:
    • Type I mondmasker: Bedoeld voor patiënten en cliënten, niet voor het medisch personeel.
    • Type II mondmasker: Voor gebruik door medisch personeel, in die gevallen waarbij een mondneusmasker vereist is, maar waar er geen risico bestaat op spatten van lichaamsvloeistoffen.
    • Type IIR masker: Dit is de niet-vochtdoorlatende variant. Het is bedoeld ter bescherming van de neus- en mondslijmvliezen tegen spatten van lichaamsvloeistoffen.

    Het ademhalingsbeschermingsmasker: dit is een persoonlijk beschermingsmiddel en beschermt de gebruiker tegen ziekteverwekkers die via de lucht verspreid kunnen worden. Het ademhaling beschermingsmasker, altijd aangegeven met FFP, moet voldoen aan de Europese richtlijn Persoonlijke Beschermingsmiddelen en aan NEN-EN 149+A1. Gebruik bij een disposable ademhalingbeschermingsmasker het type zonder uitademventiel, immers bij een ventiel bestaat het risico dat bij spatten druppels via het ventiel binnendringen.

    3 typen FFP beschermingsmaskers:

    Het grootste verschil tussen FFP1, FFP2 en FFP3 is de filtercapaciteit. Een FFP3-masker heeft de hoogste filtercapaciteit. Een FFP1-masker is het minst effectief. In de zorg wordt vooral gebruik gemaakt van FFP1- en FFP2-maskers. In protocollen , bekend bij medisch personeel, is beschreven welk type masker u moet gebruiken. Het type staat op de verpakking.
    • FFP1 masker: het laagste prestatieniveau van een beschermingsmasker. Een FFP1 masker heeft een efficiëntie van minimaal 80% tegen partikels die door de lucht verspreid worden. De zijkant lekkage (rondom het gezicht) mag niet meer zijn dan 22%. Dit masker wordt o.a. gebruikt wanneer er sprake is van het norovirus.
    • FFP2 masker: dit is de gemiddelde categorie beschermingsmaskers en heeft een efficiëntie van 94%. De zijkant lekkage mag niet meer zijn dan 8%. Dit masker wordt o.a. gebruikt wanneer er sprake is van TBC.
    • FFP3 masker: De FFP3 klasse biedt de hoogte bescherming en heeft een minimale efficiëntie van 99%. De zijkant lekkage mag niet meer zijn dan 2%. Dit masker wordt o.a. gebruikt bij het werken met cytostatica.
    In het geval van Coronavirus worden FFP2 of FFP3 maskers gebruikt, bij voorkeur zonder ademhalingsventiel.

    Verschillen mondmaskers:

    Er zijn dus belangrijke verschillen tussen een chirurgisch masker (bijv. Type II) en een ademhalingsbeschermingsmasker (bijv FFP2).
    1. Een chirurgisch masker, veelal 3-laags Type II, houdt vloeistofspatten tegen, maar geen kleine deeltjes, zoals virussen, bacteriën en fijne stofdeeltjes.
    2. Indien de gebruiker beschermd wil zijn tegen risico’s van buiten, bijv. in het geval van het Corona virus, dan wordt een ademhalingsbeschermingsmasker (FFP-masker) aanbevolen want die houdt die deeltjes wel tegen. Het beschermt de gebruiker bijvoorbeeld voor besmetting bij een hoestende patiënt met een infectieziekte. Het beschermt ook tegen het inhaleren van kleine deeltjes tijdens een handeling bij een patiënt die aerosolen veroorzaakt, zoals een bronchoscopie.
    3. Daarnaast sluit het chirurgisch masker niet goed aan op het gezicht waardoor ongefilterde lucht langs de randen ingeademd en uitgeademd wordt. Een FFP masker sluit beter af rondom kin en bovenlangs de neus en langs de zijkanten van het gezicht.

    Hoe gebruikt u een mondmasker?

    1. Zorg dat de handen altijd schoon zijn, eventueel eerst gedesinfecteerd met een handalcohol of handgel.
    2. Zorg dat het masker goed aansluit op het gezicht. Als het masker niet goed aansluit kunt u ongefilterde vervuilde lucht via de randen inademen.
    3. Het masker werkt minder goed bij baardgroei en stoppels. Dan sluiten de randen van het masker niet goed aan op het gezicht. Goed scheren is daarom belangrijk.
    4. Een masker blijft minder goed zitten bij lang haar. Draag lang haar in een staart en steek het op als dat mogelijk is.
    5. Trek het masker open en buig daarbij de neusbeugel licht.
    6. Houdt het masker in één hand en de elastieken in de andere hand.
    7. Houdt het masker onder de kin en plaats de elastieken op de kruin van het hoofd.
    8. Controleer of de flap onder de kin goed naar achteren zit.
    9. Plaats het onderste elastiek onder de oren. De banden kruisen niet.
    10. Plaats de bovenkant van het masker net onder de neusbrug. Dat is het zachte deel van de neus. Druk het masker met twee handen aan beide zijden tegelijkertijd aan. Beweeg daarbij van boven naar beneden. Als u deze handeling niet goed doet, ontstaat er snel een kier.
    11. Voel of het masker goed aansluit.
    12. Het masker is voor éénmalig gebruik, deponeer het na gebruik in de afvalbak. Laat het masker dus niet onder de kin bungelen, en stop het ook niet in uw zak.
    13. Als u lekkage vermoed probeer het masker dan zodanig te plaatsen dat dit niet meer gebeurt of controleer dit met een lektest:
    1. Bedek het masker met de handen;
    2. Adem krachtig uit bij een masker zonder uitademventiel;
    3. Controleer of er geen lucht via de kieren naar buiten gaat.

    Hoe verwijdert u een mondmasker?

    1. Doe eerst uw handschoenen uit.
    2. Desinfecteer de handen als het masker wordt gebruikt ter bescherming van gebruik micro-organismen. Zet dan het mondmasker als volgt af:
    -Kin naar voren. Naar voren buigen met het gezicht naar voren.
    -Pak beide elastieken met twee handen vast en trek het over het hoofd. Raak daarbij het gezicht en het masker niet aan.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *