Bron:www.arbo-online.nl
Psychosociale arbeidsbelasting of PSA is al jaren een van de belangrijkste arbeidsrisico’s. Daarmee heeft het een belangrijk aandeel in de uitval van medewerkers. Maar wat verstaan we nu precies onder psychosociale arbeidsbelasting of PSA?
De Arbowet verstaat onder psychosociale arbeidsbelasting: “factoren in de arbeidssituatie die stress veroorzaken”. Concreet gaat het daarbij om seksuele intimidatie, agressie en geweld, pesten, discriminatie en werkdruk.
is psychosociale arbeidsbelasting te voorkomen. Concreet: hij moet de risico’s in kaart brengen in de RI&E en maatregelen tegen PSA opnemen in het plan van aanpak.
Psychosociale arbeidsbelasting het liefst voorkomen
Bij 57 procent van de in 2018 in Nederland gemelde beroepsziekten speelt psychosociale arbeidsbelasting een rol. Het gaat daarbij voornamelijk om overspannenheid en burn-out. Daarmee vormen psychische aandoeningen veruit de grootste categorie van (gemelde) beroepsziekten.
Door een (pro)actieve benadering kunnen werkgever en werknemer(s) samen arbeidsongeschiktheid door psychosociale arbeidsbelasting proberen te voorkomen. Zo nodig vragen zij daarbij ondersteuning van (arbo)deskundigen. Nog beter is natuurlijk een preventieve benadering: verzuim om psychische redenen waar mogelijk voorkomen. Een vorm van zo’n preventieve aanpak is aandacht schenken aan het thema vitaliteit/duurzame inzetbaarheid.
Psychosociale arbeidsbelasting (Bron: NEA 2018)
Inzicht in de risico’s voor psychosociale arbeidsbelasting
Om psychische (over)belasting door het werk zoveel mogelijk te voorkomen, is inzicht in de risico’s nodig. Want daar liggen de handvatten voor preventie. De Arbowet vat deze risico’s samen onder de kop psychosociale arbeidsbelasting. Concreet gaat het dan over:
- werkdruk
- ongewenste omgangsvormen zoals pesten, seksuele intimidatie, discriminatie, agressie of geweld
De ervaren werkbelasting is redelijk groot in ons land. In de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA) 2018 geeft 36 procent van de ondervraagden aan vaak of altijd snel te moeten werken, 46 procent zegt vaak tot altijd heel veel werk te hebben.
Werkdruk ontstaat als het werk hoge eisen aan een medewerker stelt, terwijl deze niet de mogelijkheden heeft om aan die eisen te voldoen. Bij mogelijkheden gaat het om zaken als scholing, ervaring, bevoegdheden, zeggenschap, en dergelijke. Als een medewerker bovendien niet in staat is samen met collega’s of in overleg met de leidinggevende de gerezen problemen op te lossen, bijvoorbeeld door functionele contacten of periodiek werkoverleg, dan ontstaat een stressrisico.
Uit onderzoek blijkt dat de risico’s vooral zitten in werk met hoge taakeisen (job demands) of stressoren zonder compensatie door hoge regelmogelijkheden (job controls). Deze regelmogelijkheden zijn nodig om te kunnen voldoen aan hoge taakeisen. In de volksmond is werkdruk veelal synoniem aan veel werk (in een beperkte tijd). Die een-op-een-vergelijking gaat mank. Want het gaat niet om de werkhoeveelheid op zich, maar om de combinatie met de aan- of afwezigheid van regelruimte die een medewerker heeft. Door het creëren van de juiste verhouding tussen taakeisen en regelruimte verandert slopend, potentieel ziekmakend werk in een uitdagende baan, met ruimte voor groei en ontwikkeling.
Ongewenste omgangsvormen
Een volgende belangrijke factor die kan bijdragen aan het ontstaan van psychische overbelasting is de confrontatie met ongewenst gedrag. Daarmee wordt gedoeld op ervaringen met seksuele intimidatie, agressie, geweld en discriminatie, geuit door derden of collega’s.
In de NEA 2018 rapporteert 24 procent van de respondenten de confrontatie met ongewenst gedrag door derden. Intern ongewenst gedrag komt bij 16 procent van de ondervraagden voor. De aandacht voor het onderwerp is toegenomen onder invloed van de #MeToo-discussie. De meeste bedrijven hebben inmiddels beleid op dit terrein.
Sinds 2006 is de bewijslast bij (seksuele) intimidatie verschoven. Dit geeft werknemers met klachten over (seksuele) intimidatie een sterkere positie. Het volgende persbericht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid geeft de essentie van de wetswijziging weer.
Arbeidsconflicten als bron van psychische overbelasting
De arbeidsverhoudingen binnen een organisatie zijn een volgende mogelijke bron van psychische overbelasting. In de huidige wet- en regelgeving over ziekte en arbeidsongeschiktheid krijgen arbeidsconflicten een bijzondere plaats. Die conflicten worden niet gezien als ‘ziekte of gebrek’, maar als een probleem tussen werkgever en werknemer. Kortom, als een knelpunt dat werkgever en werknemer samen moeten oplossen.
Conflicten in arbeidssituaties hebben diverse oorzaken. Daarbij maakt de wet een onderscheid in taak- en persoonsconflicten. Bij taakconflicten staat (een meningsverschil over) de uitvoering van het werk centraal. Bij persoonsconflicten is sprake van een sociaal-emotionele botsing. Daarbij is iemands persoon in het geding.
Taakconflicten kunnen, mits goed aangepakt, een bijdrage leveren aan een verbeterde werkuitvoering. Persoonsconflicten daarentegen pakken vaak erg slecht uit voor één of meerdere individuen. Niet zelden vertonen de betrokkenen vermijdingsgedrag, raken gespannen en ontwikkelen lichamelijke klachten. Zonder een adequate aanpak kunnen zulke klachten escaleren tot een mogelijk burn-outsyndroom.
Gezondheidsklachten door psychische overbelasting
De eerder beschreven risicofactoren in het werk, de werkomgeving of de werkverhoudingen kunnen leiden tot psychische overbelasting. Op individueel niveau kan deze psychische overbelasting leiden tot stressverschijnselen. Die kunnen op de lange duur leiden tot gezondheidsklachten. Het schema geeft dit weer.
Schematische weergave van het stressproces (Bron: Arbojaarboek 2019)
Die gezondheidsklachten kunnen psychische aandoeningen zijn als overspannenheid, angst, depressieklachten en burn-out. Maar ook psychosomatische klachten als hoofdpijn en maagpijn. Bovendien kan uitputting door stress de vatbaarheid vergroten voor infectieziekten als griep en verkoudheid. Daarnaast kan stress klachten aan het bewegingsapparaat (rug-, schouder- en nekklachten) veroorzaken. Er is dan ook vaak een relatie tussen zulke KANS-klachten (rsi) en stress.
In het algemeen geldt dat de gevolgen van stress zich manifesteren op de zwakke plekken van het lichaam of de geest. Dat is voor leidinggevenden en medewerkers een belangrijke wetenschap. Want hier liggen de aanknopingspunten voor vroege signalering van klachten. En dat maakt het mogelijk om erger te voorkomen.
Niet iedereen wordt ziek van hoge werkdruk, ongewenste omgangsvormen of slechte arbeidsverhoudingen. Dat hangt maar gedeeltelijk af van het werk. Een belangrijk ander aspect is het ‘coping gedrag’ van werknemers: hoe zij omgaan met en reageren op stressoren. Individuele gedrags- en persoonskenmerken spelen hierbij een rol.