‘9000 leraren nodig op middelbare scholen’

UTRECHT –
Leraren op middelbare scholen maken week in week uit overuren. Ze werken gemiddeld 48 uur in de week, veel meer dan in hun contract staat, zonder vergoeding. Om de overuren weg te werken, zouden er ongeveer 9000 extra leraren in dienst moeten worden genomen. De Algemene Onderwijsbond (AOb) zegt dat woensdag na een onderzoek voor het programma Zembla.

De lerarenvakbond houdt sinds september een enqute onder zijn leden. Elke dag krijgen honderden leraren op basisscholen en middelbare scholen een uitnodiging om bij te houden hoe hun dag eruit heeft gezien: hoe lang ze werken, wat ze doen en welke last ze voelen. Sinds het begin van het schooljaar hebben bijna 1800 leraren van middelbare scholen dat doorgegeven aan de bond.

Leraren die 4 of 4,5 dag in de week werken, blijken nog zoveel tijd kwijt te zijn aan extra taken, dat ze in feite fulltime werken. Ook mensen die halftime of minder werken, zijn relatief vaak thuis nog bezig. Het lesgeven zelf is niet zo’n belasting. Leraren voelen vooral de druk van ouderavonden, surveilleren tijdens hun pauzes en het nakijken van opdrachten.

De werkdruk is fnuikend voor de gezondheid, zegt de AOb. Het onderwijs is koploper in burn-outs. Meer dan 21 procent van de leraren is opgebrand.

Staatssecretaris Sander Dekker van Onderwijs zegt de aantallen die in het onderzoek worden genoemd ,,niet goed te kunnen plaatsen”. Hij gaat het onderzoek van de AOb eens goed bekijken. Hij wijst er verder op dat hij al in gesprek is met onderwijsraden en vakbonden om te kijken hoe de werkdruk naar beneden kan worden gebracht.

3 gedachten over “‘9000 leraren nodig op middelbare scholen’”

  1. Urenregistratie scholen hoeft niet in detail
    Drachten – Leerkrachten van basisscholen hoeven niet in detail bij te houden wat hun werkzaamheden per uur zijn. Het Gerechtshof in Leeuwarden heeft gisteren in een arrest bepaald dat de gedetailleerde urenregistratie niet verplicht is. De uitspraak is een overwinning voor het protestants christelijke basisonderwijs (pcbo) in Smallingerland.

    Het pcbo in Smallingerland werd twee jaar geleden op de vingers getikt door de Arbeidsinspectie. Het pcbo, met dertien scholen, verzuimde het hun leerkrachten een gedetailleerde urenregistratie bij te laten houden. De inspectie daagde de vereniging voor de rechter. Die oordeelde dat de scholen wel degelijk een gedetailleerde weergave van de werkzaamheden moeten noteren, dit op last van een boete van 2500 euro. Het pcbo ging in hoger beroep en haalde gisteren gelijk bij het Gerechtshof. De uitspraak betekent dat ook andere scholen vrij zijn in de registratie.
    W. de Voogd van het pcbo in Smallingerland is opgelucht met het resultaat. Volgens hem kunnen de leerkrachten hun tijd wel anders gebruiken dan ieder uurtje op te schrijven. Volgens de Arbeidsinspectie moeten de leerkrachten iedere afwijking van het rooster – 65 procent van de tijd wordt besteed aan lessen en 35 procent aan overige taken – noteren. Als een leerkracht bijvoorbeeld ’s avonds een vaktijdschrift leest, zou dit moeten worden gerapporteerd.
    Het pcbo Smallingerland handelt juist andersom. ,,Wij stellen van te vóren een x-aantal uren vast die wordt besteed aan het lesgeven en een x-aantal uren die wordt besteed aan overige onderwijsgerelateerde zaken zoals ouderbezoeken’’, vertelt De Voogd. ,,Wij voldoen daarmee aan de verhouding van 65/35 procent. Pas wanneer de leerkrachten van de gereserveerde uren afwijken, moeten ze dit registeren. Dat scheelt een hoop.’’
    Het Gerechtshof ziet niet in op welke manier Smallingerland de Wet op arbeidsregistratie overtreedt. De Arbeidsinspectie vindt het systeem van het pcbo in Smallingerland ,,onduidelijk’’ Het zou niet helder maken hoeveel uren de leerkrachten voor de school bezig zijn, en of zij niet overbelast worden. Ook de Onderwijsbond CNV is voorstander van een exacte urenregistratie. Zij was vanochtend niet bereikbaar voor een commentaar op het arrest.

    Friesch Dagblad, vrijdag, 19 december 2003

  2. Pcbo-scholen moeten uren registreren Drachten – De vereniging voor Protestants Christelijk Basisonderwijs (pcbo) in Smallingerland moet de arbeidstijden van leraren registeren. Doet ze dat niet dan volgt een boete van 2500 euro. Die uitspraak deed de Leeuwarder politierechter donderdagochtend. De rechter achtte het pcbo strafbaar, maar vond een voorwaardelijke straf voldoende. De arbeidsinspectie had het pcbo van Smallingerland (twaalf scholen) voor de rechter gedaagd omdat de vereniging volgens de inspectie zich onvoldoende aan de Arbeidstijdenwet houdt. De arbeidsinspectie waarschuwde het pcbo dat het anders moest. Dit voorjaar kwam de arbeidsinspectie opnieuw controleren en vond de registratie nog steeds beneden de maat. Het pcbo werd een schikking aangeboden welke de vereniging weigerde te betalen. Daarop daagde de arbeidsinspectie het pcbo voor de rechter. De rechter oordeelt dat het pcbo wel degelijk strafbaar is. Volgens de Wet op Arbeidsregistratie moet een leraar ieder gewerkt uur registeren en aan die eis voldoet het pcbo duidelijk niet, aldus de rechter. Toch achtte de rechter het strafbaar feit niet van dien ernst dat de geëiste straf van 4500 euro moest worden opgelegd. Het pcbo krijgt een voorwaardelijke straf van 2500 euro. Dit houdt in dat wanneer het pcbo zich binnen twee jaar opnieuw schuldig maakt aan het strafbaar feit, de boete alsnog moet worden betaald. Directeur van het pcbo Smallingerland W. de Voogd legt zich niet neer bij de uitspraak van de rechter. Hij beraadt zich op een hoger beroep. ,,Binnenkort heb ik hierover overleg met onze juristen’’, aldus De Voogd. Mocht hij in hoger beroep gaan, en mocht dat niets in zijn voordeel uithalen, dan zal De Voogd het registratiesysteem opnieuw onder de loep leggen. ,,De manier van registreren is vormvrij. We zullen dan voor een andere vorm kiezen. Maar of de arbeidsinspectie dan wel instemt met die vorm, is nog maar de vraag. De manier waarop de arbeidsregistratie gebeurt, blijft een discussiepunt tussen de scholen en de arbeidsinspectie.’’ Belastend Volgens De Voogd is het belangrijk dat er aandacht voor het probleem blijft. Zijn aversie tegen het registratiesysteem berust vooral op het feit dat leerkrachten hun tijd wel anders nodig hebben. De Voogd noemt het systeem te belastend voor de leerkrachten. ,,Ik ben allang blij dat ik leerkrachten kan vinden die voor de klas willen staan. En dan moet ik ze ook nog verplichten ieder uurtje op te schrijven.’’ De Onderwijsbond CNV noemt het registratiesysteem juist een bescherming van de leerkrachten. ,,Bij een hoge werkdruk en een hoog ziekteverzuim is dat geen overbodige luxe’’, aldus K. van Kortenhof van de CNV.

    Friesch Dagblad,  donderdag, 19 december 2002

  3. Appels met peren vergelijken

    Graag wil ik reageren op de bijdrage van U. Pranger in de Nieuwsbrief Arbo in de school , nummer 9, november 2001 ‘Arbeidstijdenregistratie (g) een aanwinst’. De registratie van werk- en rusttijden op één lijn stellen met taak-belastingsbeleid is hetzelfde als appels met peren vergelijken. Taakbelastingsbeleid houdt in dat men binnen de onderwijsinstelling de werkzaamheden op een evenwichtige wijze verdeelt over het beschikbare personeel.

    Bij het toedelen van taken wordt ook rekening gehouden met persoonlijke kwaliteiten. Taakbelastingsbeleid is gebaseerd deels op het gevoel en deels op de objectieve werkelijkheid. Het geeft aan wat binnen de onderwijsinstelling de norm is voor een bepaalde taak. Het geeft  uiteindelijke niet aan hoeveel uren er daad-werkelijk aan de toebedeelde taken zijn besteedt. Nog sterker zelfs vele scholen hanteren het als een soort ‘piepsysteem’. De leerkracht moet zelf maar aangeven wanneer hij of zij niet uitkomt met de hem of haar toebedeelde uren. Dit werpt dan bij sommigen direct al een barrière op. Want wie vindt het nu leuk om aan te geven dat er meer tijd nodig is voor een bepaalde taak terwijl er binnen het team consensus was over de vastgestelde norm voor die taak. En op welke wijze is deze consensus bereikt?  In goed overleg of ….!  Bij elke norm die vastgesteld wordt zal dit betekenen  dat er mensen onder de norm uit komen en dat er mensen  boven de norm uitkomen. Taakbelastingsbeleid is dan ook absoluut geen instrument om werk en rusttijden te registreren.

     

    Alleen afwijkingen registreren

    De registratie werk en rusttijden volgens de Arbeidstijdenwet houdt in, dat een werkgever inzichtelijk maakt hoeveel uren een werknemer op een dag werkt, wanneer deze die dag begonnen en opgehouden is met de arbeid, en wanneer er gepauzeerd is. Een goede registratie werk en rusttijden kan helpen om het in de onderwijsinstelling gevoerde taakbelastingsbeleid effectiever te laten functioneren. Aan de registratie zitten geen vormvereisten vast. Een onderwijsinstelling mag zelf bepalen hoe er geregistreerd wordt, mits de registratie maar duidelijk inzicht geeft hoeveel uren een werknemer op een dag werkt, wanneer deze die dag begonnen en opgehouden is met de arbeid en of er gepauzeerd is. Deze registratie kan heel simpel gehouden worden omdat voor een geheel jaar vastligt wanneer een leerkracht les geeft. Tevens kan bij algemeen maatregel van het bevoegdgezag nog bepaald worden hoeveel tijd voor en na de les de leerkracht nog op school  dient te zijn. Dit alles kan als basis dienen van een registratie waarbij alleen de afwijkingen hiervan geregistreerd hoeven worden. In de onderwijsinstelling dient duidelijk te zijn wat de leerkracht als arbeidstijd dient te registreren.

     

    Taak van de werkgever

    Kan een werknemer weigeren om niet mee te doen aan de registratie? In principe is dit geen zaak voor de Arbeidsinspectie. Van een werkgever wordt verwacht dat er in de onderneming een deugdelijke vorm van registratie is en dat de uren van de werknemer per dag geregistreerd worden. Als bij inspectie mocht blijken dat van een aantal werknemers, die volgens de bepalingen van de Arbeidstijdenwet hun werktijd moeten registreren,  de werktijden niet geregistreerd zijn dan zal de Arbeidsinspectie handhavend optreden tegen de werkgever en niet tegen de werknemer. Van de werkgever wordt ook zelf verwacht dat de in de registratie vastgelegde uren ook kloppen met de werkelijkheid. Wanneer de inspecteur van de Arbeidsinspectie een redelijk vermoeden heeft dat de registratie niet klopt met de werkelijkheid dan zal dit leiden tot nader onderzoek waarbij ook de werknemers betrokken worden.

    Een werkgever dient zich ook te realiseren dat ingeval een medewerker weigert mee te werken aan een deugdelijke registratie, en hiertegen door de werkgever niet wordt opgetreden, een precedent in de organisatie ontstaat, waardoor het voor de werkgever moeilijk wordt haar eigen beleid in dezen in de organisatie te kunnen handhaven.

    In de discussie over de verplichte registratie werk en rusttijden wordt herhaaldelijk naar voren gebracht dat de werkdruk hierdoor verhoogd wordt.

     

    Psychische belasting

    Het gezeur over wel of niet meedoen aan de wettelijke verplichte registratie van de arbeidstijden leidt de aandacht af van het werkelijke probleem binnen het onderwijs. De hoeveelheid werk die een leerkracht moet verzetten om zijn arbeids-tijd te registreren valt in het niet wanneer dit afgezet wordt tegen de beleving die hij of zij heeft met betrekking tot dit onderwerp. De registratie geeft uiteindelijk dan ook alleen maar zicht op het aantal uren wat er gewerkt wordt maar zegt uiteindelijk weinig over de (psychische)belasting die het werk vormt voor de werknemer.

    Het grootste probleem waar het onderwijs nu mee zit is de ziekte uitval die ontstaat ten gevolge van de psychische belasting. Maar een beperkt deel van deze psychische belasting, die kan leiden tot burnout, ontstaat door werkdruk, lees hier de hoeveelheid werk die men in een beperkte tijd moet verrichten. De belangrijkste componenten die leiden tot burnout zijn naast persoonlijke kenmerken, het omgaan met mensen en de voortdurende verandering van werk en organisatie.

     

    Burnout

    Uit empirisch onderzoek waarbij meestal gebruik gemaakt wordt van de Maslach Burnout Inventory komt naar voren dat vooral bepaalde kenmerken in de werksituatie met burnout samenhangen:

    • de objectief gemeten werkdruk
    • de subjectief gemeten werkdruk
    • rolproblemen zoals rolconflict en rolambuigiteit
    • gebrek aan sociale ondersteuning

     

    Verder zijn er een aantal persoonskenmerken die een verhoogd risico opleveren voor mensen om burnout te krijgen:

    1. hard werken
    2. plichtsgetrouwheid
    3. toegewijde idealisme
    4. behoefte zichzelf te bewijzen
    5. moeite nee te zeggen
    6. eigen grenzen niet kennen
    7. meer doen dan kan
    8. moeite met delegeren, zichzelf opofferen.

     

    Herkent u een aantal van deze punten bij uzelf of bij uw collega die nu al langdurig ziek thuis zit? Binnen het onderwijs schijnt minder te moeten werken het synoniem te zijn van de verplichte registratie werk en rusttijden. Wat zegt dit over het werk ?

    Wat voor zin heeft het registreren, uiteindelijk moet het werk toch gedaan worden. En zeker bij jonge beginnende leerkrachten zie je dan ook dat die er stevig tegen aangaan en niet op een uurtje kijken. De drang om zichzelf waar te maken is duidelijk aanwezig en zeer begrijpelijk. Vernieuwingen binnen het onderwijs schijnt ook alleen maar mogelijk te zijn met leerkrachten die een gedrevenheid kennen met betrekking tot hun vak en bereid zijn daar ook de nodige privé tijd in te steken. 

     

    Duidelijke afbakening

    Hoewel een onderwijsinstelling er veel voordeel van kan hebben als het werk van de leerkracht ook een vorm van vrijetijdsbesteding is, is het toch van groot belang dat er een duidelijke afbakening komt van werk en vrijetijd. Wat met veel plezier in het begin nog gedaan werd uit idealisme kan op latere tijdstip werken als een blok aan het been. Organisatie maar ook collega’s hebben sterk de neiging om zich te richten naar de  prestaties van medewerkers. Er ontstaan verwachtingspatronen waaruit morele verplichtingen voortkomen die niet altijd waargemaakt kunnen worden. Personen maar ook organisaties kunnen daardoor teleurgesteld worden wat een negatief effect kan hebben op de werksfeer en de psychische belastbaarheid van een werknemer. Uiteindelijk kan een onderwijsinstelling hierdoor een Moloch worden die de beste kinderen verslindt.

    In een werk en rusttijdenregeling, kan de onderwijsinstelling privé- en arbeidstijd enigszins afbakenen Hierin wordt aangeven op welke tijden er in de school kan of  gewerkt moet worden. Tevens wordt door de school hierin aangegeven hoe  men omgaat met rusttijden waaronder de dagelijkse rust van minimaal 9 uur na avondwerk.

     

    (februari 2002)

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *