De JPB-locatie aan de Warvenweg in Farmsum kreeg onlangs een reguliere BRZO-inspectie, waarna de Inspectie SZW het bedrijf stil wou laten leggen. Daarop spande JPB een kort geding aan om sluiting te voorkomen. En met succes. De rechter gaf het bedrijf gelijk.
Alle commotie werd veroorzaakt door de wijze waarop vaten in stellingen worden opgeslagen. Op de locatie aan de Warvenweg zijn de pallets waarop de vaten staan iets breder dan de stellingen zelf. Hierdoor steken ze een stukje uit. Dat is al 14 jaar het geval en was bij de inspecties nooit een probleem. Destijds is daar door JPB een versterking onder gemaakt voor alle zekerheid. Bij de laatste inspectie werd dat echter niet meer goedgekeurd. Het bedrijf kreeg anderhalve dag om het probleem op te lossen. Een deel van de werkzaamheden moest zelfs direct worden stilgelegd. Daarop heeft JPB een kort geding aangespannen. De rechter stelde het bedrijf in het gelijk.
Voldoende maatregelen
De Inspectie SZW vond dat de werknemers van JPB blootgesteld werden aan levensgevaarlijke situaties door de overstekende pallets. Doordat de pallets te groot zijn voor de stellingen kunnen ze breken of kunnen de vaten met gevaarlijke stoffen omvallen, zo redeneerde de arbeidsinspectie. In 2008 zijn richtlijnen over de afmetingen van pallets vastgesteld. JPB heeft al in 2003, vijf jaar voor de richtlijnen, vastgesteld dat de pallets te groot waren en dat er een kans op doorbuigen aanwezig was. Sindsdien worden de pallets ondersteund met diepteladers. De rechter vindt dat het bedrijf voldoende maatregelen heeft genomen om de stoffen op een verantwoorde wijze op te slaan. Een onmiddellijke sluiting om dit probleem binnen twee dagen op te lossen zou het bedrijf onnodig schaden.